wil geen tranen meer
huilt het kind
wil pijn vertrappelen
stuk bijten
verscheuren
in repen
die troostend langs mijn wangen glijden
en deppen
de wonde waaruit verbittering sijpelt
om beelden die zwarte kringen kerven
in de tuin van opgehoeste dagen
stil nu maar
fluister ik
je mag rusten
in mijn ziel geborgen zijn
ik sluit de ogen van je droom
morgen ontvouwt zich een nieuwe dag
tover ik een glimlach op je mond
en kneed ik een masker voor je verdriet
© Merel