Zijn wiegelied

ze wist niet wat het was
het leek alsof iets haar stille lippen streelde
ze voelde zich verlegen
en blikte rode blossen naar het mijmerstrand

een meeuw ving haar tranen op
wees naar de zandkorrels van zijn woorden
hoe ze warme zinnen  vlochten
in de golfbreker van haar hoofd

een zoen vroeg aan haar wang
mag ik heel eventjes naar beneden kuieren
slenterde zachtmoedig langs de ronding van haar mond

en zong zijn wiegelied alleen voor haar

              ©  Merel

Zou het kunnen

er schaatst een traan over ijskoude lagen
met in haar hart de weerspiegeling van die ene dag
ze zoekt wat troost
maar struikelt over een sneeuwsilhouet

zou het kunnen dat versteende sporen
een zonnebloem glinsteren
een schouder naast haar glijdt
en haar gelaatsscherven met zijn adem verwarmt 

zou het kunnen dat het huilen als een bergkristal schittert 
en de wind een glimlach zoent op haar stille lippen

                   ©  Merel

Het kind

het kind schommelt heen en weer
in de buikgolven van een schaterlach
en haar meisjesjurk duizelt van genot

een vogel knipoogt een ogen blik
en in zijn snavel
schittert de schoonheid van haar zonnevlechten

zo speels
kleedt ze de laatste dagen van de herfst uit

en nu stil zijn
fluistert ze naar poppemie

het duurt niet lang meer
dan hoort ze vast en zeker
de eerste voetstap van de sneeuw

             ©  Merel

Het mijmerbeeld kijkt om

het mijmerbeeld kijkt om
ziet hoe kinderogen
vol verwachting de dageraad fonkelen
en pretlichtjes
danspasjes oefenen
met een vroege herfstzon

ze komt terug
dicht haar droommantel voor dat ene meisje

samen touwtje springen
met de kleuren van de regenboog

             ©  Merel

Op een vensterbank van kinderlippen

op een vensterbank van kinderlippen 
schommelt een droom wangen blozend in haar onderweg 
ze kneedt een transparante glimlach
waarin een bundel zachte woorden weeft 
en dauwdruppels dansen parelbruiden
met het intieme van het lichtinval

ze zoent haar voelen wakker 
streelt het weerzien van de dag  
neemt haar popje lieflijk in haar armen

misschien is ze nog maar een vleugelslag verwijderd
van het mijmerbeeld dat in haar leeft

              ©  Merel

Gebroken vleugel

            Hier werd ik heel stil …. het beeld bleef dicht bij me, ik kon het niet  loslaten

                              http://mijnnikonenik.wordpress.com/page/2/

woorden knielen naast haar
wikkelen zich in een eindeloze stilte
nu het levensverhaal de strijd verliest
en het kind versteend
zelfs geen dromen meer weeft

een machteloos gevoel snikt warme tranen
probeert ijskoud even aan te raken
wie weet misschien
als het huilen  verstrengelt met de nieuwe dag
en een mantel beschermend het verdriet omarmt

alleen haar naam kun je nog wiegen in je schoot
pijn kreunt wonden niet te deppen
en in de smart niet te begrijpen   
krijst plots een vleugel ik kan niet meer

            ©  Merel

         

Zonder woord

zonder woord is ze gevallen
ze dacht de grijpvingers
van het kwijlend verlangen te ontglippen

maar ze struikelde over haar bonkend hart
en de angst die haar beklemde
metselde een muur van grijnzende  letters
met op zijn lippen opengesperde woorden
die vluchten kun je niet meer dansten

ik zag haar liggen in een bloedplas van schaamte
ineen gedoken in haar heuvels
die nog steeds stille tranen schreien

en in haar handen
wiegt ze een scheurbuik van verwelkte kinderdromen

               ©  Merel

Het schaamrood van regenbuien

en plots verkrampten regenbuien
even ademden ze niet meer

om dan in alle stille
een laatste traan te schreien
langzaam naar beneden glijdend
bibberend langsheen het schaamrood van hun wangen

ze hadden er niet bij nagedacht
voelden zich vrolijk en uitgelaten
toen ze uitbundig een zondvloed schiepen
 
ik schaam ze zo
fluisterde een uitgetelde regenbui
en wierp een trieste blik naar de aarde

nu ze zag hoe de rivier kolkend in zijn niet meer kunnen
zich een weg zocht buiten de oevers van zijn grenzen

               ©  Merel

Regendruppels

ik ren ze achterna
probeer ze in te halen

maar de regendruppels
die eerst nog mijmer dromend naar beneden dwarrelden
hunkerend naar de rode laarzen keken
en al dansend nieuwe buien de herfsttango leerden

worden agressief
en het lijkt plots alsof ze de vermenigvuldigingsdans paren

ik roep ze toe om eindelijk op te houden
maar de wind neemt mijn woorden mee
en de eens nog speelse plassen
overstromen zonder medelijden in hun blikken

              ©  Merel

Najaarsstorm

zonder schroom bonkt een najaarsstorm
als een passionele minnaar in je tuin
en zelfs je zinnen
bewegen onrustig in je buikgewoel

je wil de windkracht uit je ogen wrijven 
knoopt je jas wat dichter tegen je aan 
het is alsof bomen uitdagend naar je kijken
en hun takken lijken plots gevaarlijke krijgers

en toch is er iets dat je bekoort 
zijn het de regendruppels die je trachten te verleiden 
de wolken die knipogend je begroeten 
of is het een onstuimig gevlinder met je lokken

je hebt rood gekleurde laarzen aangetrokken 
en danst een wals met de novemberplassen 

              ©  Merel