Lentekriebels

waren het lentekriebels 
vergeet-mij-nietjes die dicht bij haar kwamen 
was het dat ene woord dat haar verwarmde 
en alles om haar heen deed groeien

ze voelde zich uitgelaten 
liep op blote voeten in het gras 
zoende de eerste lentebloesems 
vlocht een krans van nieuwe dromen 
geboren onder het tak gemijmer van een appelboom
zelfs maartse buien konden haar bekoren 
want ze wist hoe even later de zon weer met haar stoeide

morgen dacht ze 
morgen schrijf ik vast en zeker een gedicht 

               ©  Merel

Mag ik

mag ik je muze zijn 

als zinnen die streel zacht dansen 

tussen de poriën van je huid 

als golven die speels minnen 

in de stilte van de nacht 

als het crescendo van liefdeswoorden

nu vingers dichten op het ritme van ik lief je 

 

           ©  Merel  

 

Je hebt

je hebt het koud zeg je 

en ik neem je mee naar de stilte van mijn woorden 

we schaatsen tussen nieuwe zinnen

krijg je het nog niet warm vraag ik

of wil je wat verder 

voorbij de winter horizon 

daar waar een zwoel windje glundert 

ik zie je langzaam stralen 

je wikkelt je uit je dikke jas 

neemt mijn hand 

en je begrijpt plots de glimlach van mijn zinnen

 

              ©  Merel

 

 

Avond mijmering

wat avond mijmeringen 

op een woensdag na het joggen 

met loopmaatjes samen onderweg 

hoe was je dag vandaag 

het alledaags gepraat 

zullen we nog eens een etentje afspreken 

 

en thuis het staren voor een bijna blanco blad 

ergens een kruispunt in een onderweg 

en woorden die heel stilletjes spinnen

tot ze de liefste en warmste zinnen vinden

 

            ©  Merel

 

Ergens

ergens tussen de wijzers van de namiddag 

schommelen woorden op het ritme van de tijd 

even wordt het stil 

nu verzen mijmeren hoe het verder moet 

de wind is gaan liggen 

en een schuchtere zon glimlacht zinnebeelden

de dichter wiegt ze in zijn armen

en een gedicht spint zich in de zaterdag 

 

            ©  Merel

Stil

stil kleurt ze dag 

met woorden die zachtjes schuifelen 

in een palet van welke zal ik nemen

buiten kleurt de lucht dreigend 

de eerste bui komt dichterbij

maar het geeft niet 

want haar zinnen golven

en dat maakt haar blij

 

         © Merel

 

 

En weer

en weer schrijven we maart

het was een guur begin

met een wind die je deed beven 

en zelfs een wit tapijt

kleurde gisteren die eerste vrijdag

 

nu vriest het nog heel lichtjes 

de laatste stuiptrekkingen van de winter 

laten we het hopen

want ja ik hoor onze Frank op de radio

en hij kan het weten

met de zon van vandaag 

voetstapt het positieve warmpjes in de zaterdag

dromend blik ik naar buiten

nog even denk ik 

en sjaal en muts mogen weer in de kast

 

             ©  Merel